9.2. Beslissing bij ambtshalve onderzoek m.b.t. reclame, telewinkelen, sponsoring en boodschappen van algemeen nut - commerciële communicatie / bepalingen van de kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen

1. VRM tegen BVBA MTV Networks Belgium (TMF - Kill the clip) - 2012/001

De VRM controleerde de uitzendingen van verschillende televisiezenders van 5 oktober 2011 (17u-23u). Ook de uitzendingen van TMF werden bekeken.

Tijdens de onderzochte periode werd het programma ‘Kill the clip’ uitgezonden. Volgens de onderzoekscel van de VRM diende het programma als telewinkelen te worden gecatalogeerd en dan ook op specifieke wijze te worden gekenmerkt.  De omroeporganisatie maakt in haar verweer aannemelijk dat het programma niet onder de definitie van telewinkelen valt. Bijgevolg wordt door de VRM geen inbreuk op de regelgeving vastgesteld. 

2. VRM tegen NV SBS Belgium (VT4 - Huizenjacht) - 2012/002

De VRM controleerde de uitzending van het programma Huizenjacht van 16 november 2011.  In een item aan het einde van het programma suggereert een interieurarchitect aan de hand van een presentatie op een computerscherm ideeën voor de herinrichting van een slaapkamer. Tijdens deze voorstelling komt verscheiden malen een fles ‘Martini’ in beeld, die naast het computerscherm werd geplaatst. Aan het eind van het programma drinken de interieurarchitect en de kandidaten een glaasje Martini Brut. Tijdens het bewuste programma-item komt het merk ‘Martini’ zo in een tijdsspanne van drie minuten en dertig seconden gedurende zesendertig seconden duidelijk in beeld.

Het Mediadecreet laat productplaatsing onder bepaalde voorwaarden toe. Eén van deze voorwaarden is dat het product of dienst in kwestie geen overmatige aandacht mag krijgen. Daarbij moet rekening worden gehouden met de aard, lengte en context van het programma. De toezichthouder is van oordeel dat de aard en het concept van het VT4-programma Huizenjacht niet vereist dat het programma moet worden afgesloten met het drinken van een glas schuimwijn. Rekening houdend met de aard, lengte en context van het programma overschrijdt SBS door de prominente aanwezigheid en het veelvuldig in beeld brengen van de fles Martini tijdens dit programmaonderdeel de limieten van de aandacht die in geval van productplaatsing aan het product in kwestie mag worden besteed waardoor er sprake is van overmatige aandacht.

SBS wordt dan ook een geldboete van 5.000 euro opgelegd. 

3. VRM tegen NV Vlaamse Media Maatschappij (VMMa - VTM) - 2012/005

De VRM controleerde de uitzendingen van 3 december 2011 (12u-18u) van VTM. De onderzoekscel stelde daarbij vast dat tijdens één klokuur meer dan 12 minuten werd besteed aan reclame en telewinkelspots.

Het Mediadecreet (artikel 81, §2) bepaalt dat het aandeel van televisiereclame- en telewinkelspots per klokuur niet meer dan 20% mag bedragen. Eveneens wordt bepaald (artikel 81, §3, lid 3) dat boodschappen van lineaire televisieomroeporganisaties over hun eigen programma’s en rechtstreeks daarvan afgeleide ondersteunende producten, sponsorboodschappen en productplaatsing hierbij niet worden meegerekend.

In het verweer maakt VTM aannemelijk dat in het desbetreffende klokuur niet meer dan 20% van de zendtijd aan reclame- en telewinkelspots werd besteed. De omroeporganisatie geeft ook aan dat tussen de reclamespots ‘zwarte frames’ worden uitgezonden om te vermijden dat de reclamespots door mekaar zouden vloeien. Deze zwarte frames zijn volgens de VMMa niet als reclame te beschouwen en worden dus niet in aanmerking genomen voor de berekening van de duur van de reclameblokken.

In hetzelfde klokuur werd ook een spot uitgezonden voor de DVD’s van het VTM-programma Nonkel Jef. De VRM meent dat deze spot beantwoordt aan de omschrijving van ‘een boodschap over een rechtstreeks afgeleid en ondersteunend product van een eigen programma'. Deze spot mag dan ook niet worden meegerekend in het aandeel van televisiereclame- en telewinkelspots per klokuur.

De algemene kamer van de VRM besluit dan ook dat geen inbreuk werd vastgesteld op artikel 81, §2, van het Mediadecreet. 

4. VRM tegen NV Vlaamse Media Maatschappij (VMMa - JIM) - 2012/007

De VRM controleerde de uitzendingen van JIM (10 januari 2012, 17u-23u). De onderzoekscel van de VRM stelde daarbij vast dat viermaal een alleenstaande reclamespot werd uitgezonden (driemaal voor ‘Coca Cola Light’, eenmaal voor ‘Maybelline Gemey’).

Het Mediadecreet bepaalt dat afzonderlijke reclame- en telewinkelspots de uitzondering moeten blijven. Een afzonderlijke reclame- of telewinkelspot is toegestaan per televisieomroepprogramma per dag. Daarnaast zijn afzonderlijke reclame- en telewinkelspots toegestaan:

  • In uitzendingen van sportevenementen
  • Als er een langdurige spot wordt uitgezonden van minimaal twee minuten
  • Als een omroeporganisatie er niet in geslaagd is voor een specifiek reclameblok meer dan een reclame- of telewinkelspot te verkopen, bij gebrek aan interesse van klanten.

In het verweer maakt de Vlaamse Media Maatschappij duidelijk dat de desbetreffende reclameblokken wel degelijk werden opengezet voor adverteerders, maar dat er telkens slechts één reclamespot werd verkocht. De algemene kamer besluit dan ook dat er geen inbreuk werd gepleegd op het Mediadecreet. 

5. VRM tegen NV Vlaamse Media Maatschappij (VMMa - 2BE) - 2012/008

De VRM controleerde de uitzendingen (28 januari 2012, 13u-19u) van verschillende televisiezenders. Bij 2BE (NV Vlaamse Media Maatschappij) stelt de onderzoekscel van de VRM vast dat het telewinkelprogramma ‘TV winkel’ onmiddellijk gevolgd wordt door het programma ‘Hero: 108’, een Chinese animatieserie die zich richt op een publiek van kinderen/jongen van zes jaar en ouder.

Het Mediadecreet laat lineaire televisieomroeporganisatie toe om onder bepaalde voorwaarden telewinkelprogramma’s uit te zenden. Artikel 82, § 1, 4°, van het Mediadecreet bepaalt dat “in de onmiddellijke omgeving van kinderprogramma’s worden geen telewinkelprogramma’s uitgezonden. Met onmiddellijke omgeving wordt bedoeld binnen een tijdsbestek van vijftien minuten voor en na het kinderprogramma.”

De Vlaamse Media Maatschappij betwist de vaststelling van de VRM niet maar wijst op een interne vergissing en geeft aan maatregelen te hebben genomen om een herhaling van deze situatie in de toekomst te vermijden.

Bij het bepalen van de strafmaat houdt de VRM rekening met de ernst van de inbreuk, het gegeven dat een dergelijke inbreuk voor de eerste keer wordt vastgesteld bij de VMMa en het feit dat de omroeporganisatie maatregelen heeft genomen om deze situatie in de toekomst te vermijden. Bijgevolg is de algemene kamer van oordeel dat een geldboete van 2.500 euro een gepaste sanctie is.

De onderzoekscel van de VRM stelde bij dezelfde controle ook vast dat een aantal maal een alleenstaande reclamespot werd uitgezonden. Het Mediadecreet bepaalt dat afzonderlijke reclame- en telewinkelspots de uitzondering moeten blijven. Een afzonderlijke reclame- of telewinkelspot is toegestaan per televisieomroepprogramma per dag. Daarnaast zijn afzonderlijke reclame- en telewinkelspots toegestaan:

  • In uitzendingen van sportevenementen
  • Als er een langdurige spot wordt uitgezonden van minimaal twee minuten
  • Als een omroeporganisatie er niet in geslaagd is voor een specifiek reclameblok meer dan een reclame- of telewinkelspot te verkopen, bij gebrek aan interesse van klanten.

De VMMa maakt aannemelijk dat er beroep kan worden gedaan op de uitzonderingsgrond van artikel 79, § 2, tweede lid, 3°, van het Mediadecreet. De uitzending van de alleenstaande reclamespot tijdens de onderzochte periode is dan ook niet in strijd met de bepalingen van het Mediadecreet. 

6. VRM tegen NV Vlamex (Stories TV)- 2012/010

De VRM controleerde de uitzendingen van het omroepprogramma Stories TV van NV Vlamex van 10 januari 2012.

Na de uitzending van het journaal (‘De Vlaanders’) wordt een weerbericht (‘Het Weer’) uitgezonden waarna drie visuele vermeldingen worden getoond met het karakter van een sponsorvermelding. De VRM stelt vast dat de scheiding tussen het journaal en het weerbericht een kunstmatig karakter heeft vermits lay-out, kleurgebruik en commentaarstem de facto op elkaar aansluiten en de presentatrice bij het leveren van de voice-over commentaar bij het weerbericht duidelijk een bruggetje maakt met het programma ‘De Vlaanders’.

De toezichthouder stelt een inbreuk vast op de bepaling dat journaals niet mogen worden gesponsord. Rekening houdend met de beperkte omvang van de omroeporganisatie en het gegeven dat alle logo’s ondertussen werden verwijderd, acht de VRM een waarschuwing een gepaste sanctie. 

7. VRM tegen NV Life!TV Broadcasting Company (Life!TV - Blame the game) - 2012/011

De VRM controleerde de uitzendingen van 9 maart 2012 (17u-23u) van Life!TV. In het programma ‘Blame the Game’ werd de nieuwe spelconsole Playstation Vita getest en besproken. De regelgeving laat productplaatsing toe onder specifieke voorwaarden. Zo mag niet rechtstreeks worden aangespoord tot de aankoop of huur van goederen of diensten, in het bijzonder door deze aan te prijzen, er mag geen overmatige aandacht aan het product gegeven worden en de inhoud en de programmering mogen nooit dusdanig beïnvloed worden dat de verantwoordelijkheid en redactionele onafhankelijkheid worden aangetast.

De toezichthouder stelde echter vast dat het programma specifieke aanprijzingen bevat bij de bespreking van de diverse mogelijkheden van de Playstation Vita. In het programma werd overmatige aandacht besteed aan de spelconsole. De inhoud en de programmering werden dusdanig beïnvloed dat de verantwoordelijkheid en redactionele onafhankelijkheid van de omroep werden aangetast.

De VRM stelt eveneens een inbreuk vast op de regelgeving inzake sponsoring. Het programma ‘Blame the Game’ werd onder meer gesponsord door Sony Entertainment Europe, de producten van Playstation Vita. Ook hier geldt dat de gesponsorde programma’s niet rechtstreeks mogen aansporen tot de aankoop of huur van goederen of diensten, in het bijzonder door deze aan te prijzen, en dat de inhoud en programmering niet dusdanig mogen worden beïnvloed door de sponsor dat de verantwoordelijkheid en redactionele onafhankelijkheid van de omroep worden aangetast.

Bij het bepalen van de sanctie houdt de VRM  er rekening mee dat er sprake is van ernstige inbreuken en dat Life!TV reeds in het verleden voor inbreuken op productplaatsing werd gesanctioneerd. Bijgevolg legt de VRM een geldboete van 1.250 euro op.

Omdat in 'TV CC', een ander programma van Life! TV, het logo voor productplaatsing niet werd getoond, wordt ook nog een waarschuwing aan Life! TV gegeven. 

8. VRM tegen NV Vlaamse Radio- en Televisieomroeporganisatie (VRT, Eén - Tomtesterom) - 2012/015

De VRM controleerde de uitzending van Tomtesterom van begin april 2012.  In de aflevering gaat Tom Waes de opdracht aan om op korte tijd te leren schansspringen. Tom Waes krijgt hiervoor aangepast skikledij. De merkbenamingen en/of sponsors van het materiaal komen in de loop van de uitzending duidelijk in beeld. Uit de vaststellingen van de VRM blijkt dat er tijdens het programma meer dan twintig sequenties zijn waarin de skibril met 'Uvex'-opdruk wordt getoond. In dertien sequenties zijn er close-ups waarbij de merknaam van de skibril zeer prominent in beeld komt.

Het Mediadecreet laat productplaatsing onder bepaalde voorwaarden toe. Een van deze voorwaarden is dat het product of de dienst in kwestie geen overmatige aandacht mag krijgen. De VRM is van oordeel dat door het veelvuldig vertonen van de merkbenaming en het product in kwestie, de VRT de limieten van de aandacht overschrijdt  die in geval van productplaatsing aan het product in kwestie mag worden besteed. In deze is er dan ook sprake van overmatige aandacht.

Bij het bepalen van de sanctie houdt de toezichthouder er rekening mee dat het om een zeer ernstige inbreuk gaat, dat het programma werd uitgezonden in prime time en dat het een marktaandeel van meer dan 60% behaalde. Aan de VRT wordt een geldboete van 10.000 euro opgelegd. 

9. VRM tegen VZW Audio Video Studio Oost-Vlaamse Televisie (AVS) - 2012/016

De VRM controleerde de uitzendingen van de particuliere regionale televisieomroeporganisaties van 13 maart 2012 (18u-21u). De onderzoekscel van de VRM stelt bij AVS vast dat tijdens de onderzochte periode aan het einde van elke lus een pancarte verschijnt met 3 visuele sponsorvermeldingen. Volgens de onderzoekscel blijkt uit deze visuele sponsorvermelding de feitelijke sponsoring van het journaal, ook al verschijnt de sponsorvermelding dertien minuten na het feitelijke einde van het journaal aan het einde van de uitzendlus.

Artikel 96, eerste lid, van het Mediadecreet bepaalt echter dat journaals en politieke informatieprogramma’s niet gesponsord mogen worden.

In de beoordeling geeft de algemene kamer van de VRM aan dat reeds in het verleden werd geoordeeld dat het leveren van faciliteiten en diensten (zoals kledij, haartooi, …) moet worden beschouwd als een bijdrage aan de financiering van het programma met het doel naam, handelsmerk, imago, activiteiten of producten meer bekendheid te geven en aldus beantwoordt aan de definitie van sponsoring zoals vastgelegd in het Mediadecreet. De algemene kamer is dan ook van oordeel dat AVS een inbreuk heeft gepleegd op artikel 96, eerste lid, van het Mediadecreet.

De VRM waarschuwt de regionale televisiezender voor deze inbreuk. 

10. VRM tegen VZW Regionale Omroep Brabant (ROB TV) - 2012/017

De VRM controleerde de uitzendingen van de particuliere regionale televisieomroeporganisaties van 13 maart 2012 (18u-21u). De onderzoekscel van de VRM stelde bij ROB TV vast dat tijdens de onderzochte periode aan het einde van het journaal een pancarte verschijnt met visuele sponsorvermeldingen.  Volgens de onderzoekscel van de VRM blijkt hieruit de feitelijke sponsoring van het journaal. Echter bepaalt het Mediadecreet dat journaals en politieke informatieprogramma’s niet gesponsord mogen worden.

In de beoordeling geeft de algemene kamer van de VRM aan dat reeds in het verleden werd geoordeeld dat het leveren van faciliteiten en diensten (zoals kledij, haartooi, …) moet worden beschouwd als een bijdrage aan de financiering van het programma met het doel naam, handelsmerk, imago, activiteiten of producten meer bekendheid te geven en aldus beantwoordt aan de definitie van sponsoring zoals vastgelegd in het Mediadecreet. De algemene kamer is dan ook van oordeel dat AVS een inbreuk heeft gepleegd op artikel 96, eerste lid, van het Mediadecreet.

Rekening houdend met het gegeven dat de sponsorvermelding intussen verwijderd werd, legt de algemene kamer een waarschuwing op.  

11. VRM tegen VZW West-Vlaamse Televisie Omroep Regio Zuid (WTV) - 2012/018

De VRM controleerde de uitzendingen van de particuliere televisieomroeporganisaties van 13 maart 2012 (18u-21u). De onderzoekscel van de VRM stelde bij WTV vast dat tijdens de onderzochte periode na een aankondigingsspot voor het nieuws sponsorvermeldingen werden uitgezonden.

In de beoordeling geeft de algemene kamer van de VRM aan dat reeds in het verleden werd geoordeeld dat het leveren van faciliteiten en diensten (zoals kledij, haartooi, …) moet worden beschouwd als een bijdrage aan de financiering van het programma met het doel naam, handelsmerk, imago, activiteiten of producten meer bekendheid te geven en aldus beantwoordt aan de definitie van sponsoring zoals vastgelegd in het Mediadecreet.

Hoewel het Mediadecreet toelaat dat in aankondigingsspots sponsors worden vermeld, kan een aankondigingsspot voor een programma dat zelf niet mag worden gesponsord (in dit geval het journaal), geen sponsorvermelding bevatten.

De algemene kamer van de VRM besluit dat WTV een inbreuk heeft begaan op artikel 96, eerste lid, van het Mediadecreet. WTV wordt gewaarschuwd voor deze inbreuk. 

12. VRM tegen VZW Regionale TV voor het Noorden van West-Vlaanderen (Focus TV) - 2012/019

De VRM controleerde de uitzendingen van de particuliere televisieomroeporganisaties van 13 maart 2012 (18u-21u). De onderzoekscel van de VRM stelde bij Focus TV vast dat tijdens de onderzochte periode na een aankondigingsspot een pancarte verschijnt met sponsorvermeldingen, waaronder een pancarte met de kledingsponsor van de nieuwspresentatoren.

Volgens de onderzoekscel van de VRM stemt het vermelden van een sponsor voor de nieuwspresentatoren niet overeen met de toepassing van artikel 96 van het Mediadecreet.

In de beoordeling geeft de algemene kamer van de VRM aan dat reeds in het verleden werd geoordeeld dat het leveren van faciliteiten en diensten (zoals kledij, haartooi, …) moet worden beschouwd als een bijdrage aan de financiering van het programma met het doel naam, handelsmerk, imago, activiteiten of producten meer bekendheid te geven en aldus beantwoordt aan de definitie van sponsoring zoals vastgelegd in het Mediadecreet.

Hieruit volgt dat Focus TV met het vermelden van een sponsor voor de nieuwspresentatoren een inbreuk heeft begaan op artikel 96, eerste lid, van het Mediadecreet (“Journaals en politieke informatieprogramma’s mogen niet worden gesponsord”). De algemene kamer van de VRM waarschuwt Focus TV voor deze inbreuk 

13. VRM tegen VZW Regionale Televisie Vlaams-Brabant-Halle-Vilvoorde (Ring TV) - 2012/020

De VRM controleerde de uitzendingen van de particuliere televisieomroeporganisaties van 13 maart 2012 (18u-21u). De onderzoekscel van de VRM stelde bij Ring TV vast dat tijdens de onderzochte periode na het weerbericht een pancarte verschijnt met visuele sponsorvermeldingen. Het weerbericht volg onmiddellijk na het journaal.

Volgens de onderzoekscel blijkt uit deze visuele sponsorvermelding de feitelijke sponsoring van het journaal door de kledingsponsor van de nieuwslezer en door de haartooisponsor. Volgens de onderzoekscel stemt het vermelden van de kleding- en haartooisponsor van de nieuwslezer niet overeen met de toepassing van artikel 96 van het Mediadecreet.

In de beoordeling geeft de algemene kamer van de VRM aan dat reeds in het verleden werd geoordeeld dat het leveren van faciliteiten en diensten (zoals kledij, haartooi, …) moet worden beschouwd als een bijdrage aan de financiering van het programma met het doel naam, handelsmerk, imago, activiteiten of producten meer bekendheid te geven en aldus beantwoordt aan de definitie van sponsoring zoals vastgelegd in het Mediadecreet.

Hieruit volgt dat Ring TV met het vermelden van de kleding- en haartooisponsor na het weerbericht op 13 maart 2012 een inbreuk heeft begaan op artikel 96, eerste lid, van het Mediadecreet.

De VRM waarschuwt Ring TV voor deze overtreding. 

14. VRM tegen VZW Niet-Openbare Televisievereniging (TV Brussel) - 2012/021

De VRM controleerde de uitzendingen van de particuliere televisieomroeporganisaties van 13 maart 2012 (18u-21u). De onderzoekscel van de VRM stelde bij TV Brussel vast dat aan het einde van elke lus een pancarte verschijnt met een visuele sponsorvermelding. Volgens de onderzoekscel van de VRM blijkt uit deze visuele sponsorvermelding de feitelijke sponsoring van het journaal door de kapperszaak of haartooisponsor van de presentator van het programma ‘Brussel Vandaag’, dat als een journaal moet worden beschouwd.

Hoewel de visuele sponsorvermelding ongeveer één minuut na het feitelijke einde van het journaal verschijnt, kan de sponsorvermelding enkel betrekking hebben op de nieuwspresentator. Brussel Vandaag is immers het enige programma in de uitzendlus en bovendien ook het enige programma dat door een presentator wordt gepresenteerd.

In de beoordeling geeft de algemene kamer van de VRM aan dat reeds in het verleden werd geoordeeld dat het leveren van faciliteiten en diensten (zoals kledij, haartooi, …) moet worden beschouwd als een bijdrage aan de financiering van het programma met het doel naam, handelsmerk, imago, activiteiten of producten meer bekendheid te geven en aldus beantwoordt aan de definitie van sponsoring zoals vastgelegd in het Mediadecreet.

TV Brussel wordt gewaarschuwd voor deze overtreding. 

15. VRM tegen BVBA MTV Networks Belgium (TMF - South Park) - 2012/022

De VRM controleerde de uitzending van de animatieserie South Park op TMF (25 tot en met 28 april 2012). Elke aflevering wordt een eerste maal uitgezonden omstreeks 18u en later op de avond om 21u herhaald. In de afleveringen komen regelmatig (extreme) geweldscènes, expliciet seksueel getinte uitspraken, seksueel geladen handelingen, grof taalgebruik en discriminerende opmerkingen voor.

De kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen is van oordeel dat dergelijk geweld op televisie verschillende schadelijke gevolgen kan hebben voor minderjarigen. De kans op schadelijke gevolgen wordt sterk beïnvloed door de context. De indringendheid van het geweld in de serie, vaak gepaard met ernstige verwondingen en veel bloedvergieten is een element dat deze schadelijke gevolgen versterkt. Hoewel het realiteitsgehalte van het geweld in South Park zeer laag is doordat het om een animatieserie gaat en er met opzet wordt overdreven, kan het geweld voor zeer jonge kinderen als geloofwaardig worden ervaren. Wat betreft de seksuele handelingen en termen in de serie, duidt de kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen dat jonge kinderen dergelijke handelingen en termen nog niet goed kunnen interpreteren. Mogelijks vormen kinderen zich dan ook een onrealistisch beeld over wat seks inhoudt. De ontwikkeling van seksualiteit is een leeftijdsgebonden gegeven, het is dan ook belangrijk dat het media-aanbod ook leeftijds- en ontwikkelingsadequaat is.

Het Mediadecreet bepaalt dat lineaire televisieomroeporganisaties geen programma's mogen uitzenden die schade kunnen toebrengen aan de lichamelijke, geestelijke of zedelijke ontwikkeling van minderjarigen, tenzij door de keuze van het tijdstip van uitzending of door technische maatregelen wordt gewaarborgd dat minderjarigen de uitzendingen normaliter niet zullen zien of beluisteren. Wanneer dergelijke programma's ongecodeerd worden uitgezonden, moeten ze voorafgegaan worden door een akoestische waarschuwing of moeten ze gedurende de hele uitzending herkenbaar zij aan een visueel symbool.

De kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen van de VRM is van oordeel dat de programmering, wat betreft de uitzending van 18u, op een vroeg tijdstip gebeurde waardoor niet was gewaarborgd dat de minderjarigen de afleveringen niet konden zien. Eveneens ontbrak voorafgaand aan de serie de nodige akoestische waarschuwing dan wel het tonen van een visueel symbool gedurende de hele uitzending. Ook de uitzending van South Park om 21u werd niet voorzien van de gepaste waarschuwingen of symbolen.

De kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen waarschuwt TMF dan ook voor deze overtreding en verplicht de omroep om de beslissing te publiceren in twee dag- en weekbladen. 

16. VRM tegen NV SBS Belgium (VijfTV)- 2012/023

De VRM controleerde de uitzendingen (30 april 2012, 17u-23u) van verschillende televisiezenders waaronder VijfTV. Tijdens de onderzochte periode werd door VijfTV een spot uitgezonden die begint met de pancarte "VijfTV en Ici Paris XL presenteren: ..." en waarbij het door de montage lijkt alsof de hoofdpersonages van de serie 'Sex and The City' een 'ICI Paris XL'-winkel binnenstappen om er verschillende parfums uit te testen. Nadien volgen de titels van enkele VijfTV-programma's waaronder "Sex and the City", "Astrid in Wonderland", "Gossip Girl", ... met telkens korte shots van deze programma's. Aan het einde van de spot zegt een voice-over "VijfTV en ICI Paris XL wensen je een prettige moederdag". De spot werd uitgezonden buiten het reclameblok.

Gelet op de opbouw van de spot (o.a. het scenario en de montage), de voice-over boodschap en de zeer duidelijke vertoning van het logo en de producten van Ici Paris XL, is de VRM van oordeel dat deze spot als reclamespot moet worden beschouwd (zoals omschreven in artikel 2, 35°, van het Mediadecreet).

Het Mediadecreet stelt dat reclame duidelijk herkenbaar moet zijn en duidelijk onderscheiden van de redactionele inhoud. Indien VijfTV deze spot had willen uitzenden, dan had deze spot in het reclameblok geplaatst moeten worden.

Gelet op de ernst van de inbreuk en het tijdstip van uitzending, legt de toezichthouder VijfTV een boete van 25.000 euro op. 

17. VRM tegen BVBA MTV Networks Belgium (TMF) - 2012/031

De kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen van de VRM besliste op 3 juli 2012 om MTV Networks Belgium te waarschuwen voor de vroegtijdige uitzending van de animatieserie South Park op de jongerenzender TMF. In de beslissing werd MTV Networks Belgium ook verplicht om een door de VRM opgesteld bericht te publiceren in de televisierubriek van twee dag- en weekbladen met ruime verspreiding in Vlaanderen, dit op kosten van MTV Networks Belgium en binnen de twee maanden na de verzending van de beslissing. MTV Networks Belgium diende aansluitend aan de toezichthouder de nodige informatie en documenten te bezorgen waaruit zou blijken dat de opgelegde sanctie werd uitgevoerd.

MTV Networks Belgium liet de VRM weten de afleveringen van South Park na 21 uur te programmeren (voorzien van een visueel symbool) en bezorgde de VRM enkele persknipsels van verschillende kranten over de door de VRM genomen beslissing.  Echter stelt de VRM vast dat MTV Networks de opgelegde sanctie (het op kosten van MTV Networks Belgium publiceren van een door de VRM opgesteld bericht), niet heeft uitgevoerd.

De kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen van de VRM beslist daarop MTV Networks Belgium een administratieve geldboete van 20.000 euro op te leggen. 

18. VRM tegen NV SBS Belgium (VijfTV - Sex and the City) - 2012/032

De kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen van de VRM legt VijfTV een geldboete van 2.500 euro op voor de niet-conforme uitzending van een 'mogelijks schadelijke' aflevering van Sex and the City.

Het betreft de aflevering 'Hot Child in the City', uitgezonden op 26 juni 2012 (19u15 - 20u). Het betreft dezelfde aflevering, uitgezonden binnen hetzelfde uurslot, als de aflevering waarvoor VijfTV reeds in 2007 gewaarschuwd werd (beslissing 2007-016). In de aflevering komen zeer expliciete beelden voor van een man die masturbeert met voor zich blootblaadjes die duidelijk in beeld worden gebracht. De kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen is in deze beslissing van oordeel dat de vertoonde beelden voor sommige minderjarigen leeftijds- en ontwikkelingsinadequaat zijn en schade kunnen toebrengen aan de lichamelijke, geestelijke of zedelijke ontwikkeling van minderjarigen (in casu kinderen jonger dan 12 jaar).

Het Mediadecreet bepaalt dat lineaire televisieomroeporganisaties geen programma's mogen uitzenden die schade kunnen toebrengen aan de lichamelijke, geestelijke of zedelijke ontwikkeling van minderjarigen, tenzij door de keuze van het tijdstip van uitzending of door technische maatregelen wordt gewaarborgd dat minderjarigen de uitzending normaliter niet zullen zien of beluisteren. Wanneer dergelijke programma's ongecodeerd worden uitgezonden, moeten ze voorafgegaan worden door een akoestische waarschuwing of moeten ze gedurende de hele uitzending herkenbaar zijn aan een visueel symbool.

De kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen is van oordeel dat het uitzenden vóór 20u van een programma dat schadelijk kan zijn voor kinderen beneden de 12 jaar, niet waarborgt dat minderjarigen de uitzendingen normaliter niet zullen zien of beluisteren.

Bovendien werd door VijfTV wel een visuele waarschuwing ('12+') uitgezonden maar, deze visuele waarschuwing werd slechts enkele seconden uitgezonden en dus niet gedurende de hele uitzending zoals voorzien in het Mediadecreet. Er werd evenmin een akoestische waarschuwing voorzien waarin de kijker word gewaarschuwd voor de mogelijke schade.

De kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen is bijgevolg van oordeel dat VijfTV een inbreuk heeft gepleegd op artikel 42, tweede en derde lid, van het Mediadecreet. Er wordt een geldboete van 2.500 euro opgelegd.. 

19. VRM tegen NV SBS Belgium (VIER) - 2012/034

Naar aanleiding van de lancering van VIER onderzocht de VRM een selectie van uitzendingen in de avondprogrammatie van VIER. In de reclameblokken van verschillende programma's, zoals 'De Kruitfabriek' en 'De Slimste Mens ter Wereld', werden naast reclamespots ook redactionele programmafragmenten uitgezonden (zoals 'De snelste quiz ter wereld', 'De kortste show' en andere animatiefilmpjes).

Zowel het Mediadecreet als Europese regelgeving (en de interpretatie daarvan) bepalen dat televisiereclame duidelijk herkenbaar moet zijn en duidelijk onderscheiden van redactionele inhoud. Hiermee beoogt de regelgever te vermijden dat er verwarring ontstaat bij de kijker over de aard van de boodschap waarnaar hij kijkt (hetzij reclame, hetzij redactionele informatie).

De VRM is van oordeel dat 'de snelste quiz ter wereld', 'de kortste show' en andere animatiefilmpjes als redactionele inhoud moeten worden beschouwd en bijgevolg niet in de reclameblokken mogen worden uitgezonden.   SBS Belgium wordt gewaarschuwd voor deze overtreding en dient de overtreding stop te zetten. 

20. VRM tegen NV Vlamex (Stories TV) - 2012/035

De VRM controleerde de uitzendingen (6 juli 2012, 18u-24u) van verschillende televisieomroeporganisaties, waaronder Stories TV. Het programma 'Tendens visit zomer' bestaat volgens de onderzoekscel van de VRM uit een aaneenschakeling van publi-reportages voor verschillende handelszaken.

Publi-reportages worden in het Mediadecreet omschreven als "commerciële communicatie die meer tijd in beslag neemt dan reclamespots omdat het accent ligt op redactionele en informatieve inhoud". Publi-reportages moet volgens het Mediadecreet "duidelijk herkenbaar zijn en moeten kunnen worden onderscheiden van redactionele inhoud. "

De omroeporganisatie erkent dat het desbetreffende programma uit reportages bestaat die als publi-reportages moeten worden beschouwd.

Gelet op het feit dat het om een eerste inbreuk gaat, wordt Stories TV gewaarschuwd voor deze overtreding. 
 

21. VRM tegen NV Vlaamse Radio- en Televisieomroeporganisatie (Eén - Café Corsari) - 2012/036

De VRM controleerde de uitzending van het programma 'Café Corsari' van 8 november 2012. In de aflevering is snowboarder Seppe Smits één van de praatgasten. Seppe Smits draagt een pet met daarop het logo en merkbenaming van zijn sponsor ‘Red Bull’ en ook T-shirt met de benaming van kledingsponsor ‘Burton’. Tijdens de uitzending komen beide merkbenamingen veelvuldig (35 maal) duidelijk in beeld, met een totale duurtijd van minstens 200 seconden.

Overeenkomstig het Mediadecreet mogen omroepen, en dus ook de openbare omroep, onder bepaalde voorwaarden programma’s uitzenden die productplaatsing bevatten. Eén van die voorwaarden is dat er geen overmatige aandacht mag zijn voor het product in kwestie.

Uit het verweer van de VRT blijkt dat de omroep, ondanks de opzichte kledij met merkvermeldingen, heeft beslist om Seppe Smits in de uitzending te houden “omdat hij in de bewuste live uitzending een belangrijke gast was naar aanleiding van het WK snowboarden in Antwerpen”. Op deze manier koos de VRT er bewust voor om logo’s en merkbenamingen in beeld te brengen in ruil voor deelname van de snowboarder aan het programma.

Het Mediadecreet laat omroepen toe programma’s uit te zenden waarin een praatgast zijn deelname ruilt als tegenprestatie voor promotionele schermaandacht voor zijn eigen sponsors. Het is dan ook toegestaan om logo’s en merkbenamingen in programma’s op te nemen met het oog op promotie, echter zolang voldaan is aan de voorwaarden die het Mediadecreet oplegt (zoals het gegeven dat er geen overmatige aandacht mag zijn voor het product in kwestie). 

De VRM is van oordeel dat de uitzending van Café Corsari op dat punt niet voldoet aan het Mediadecreet. Bij het bepalen van de sanctie houdt de VRM er rekening mee dat het een ernstige inbreuk betreft en anderzijds dat het programma live werd uitgezonden. Er wordt een geldboete van 5.000 euro opgelegd.