Korte samenvatting van de beslissing:
De onderzoekscel van de VRM heeft de online video’s van Nena Schuurmans op de platformdiensten Instagram en TikTok aan een onderzoek onderworpen, dit in de periode van 1 oktober 2024 tot en met 31 oktober 2024.
Het onderzoek betreft volgende profielen en kanalen:
- ‘nena_schuurmans’ (Instagram)
- ‘nenaschuurmans’ (TikTok)
Aanleiding voor het onderzoek waren indicaties dat commerciële communicatie opnieuw niet gemakkelijk als zodanig herkenbaar werd gemaakt in door Nena Schuurmans online geplaatste video’s, zoals eerder al werd vastgesteld bij VRM-beslissing 2024-005 (8 januari 2024).
Beslissing van de VRM:
Tijdens de onderzochte periode werden drie video’s met commerciële communicatie geplaatst waarbij de drie elementen uit het Content Creator Protocol (CCP) telkens niet cumulatief aanwezig waren.
In haar verweer bevestigt Nena Schuurmans dat m.b.t. de drie video’s in kwestie er inderdaad sprake is van commerciële communicatie. Ze erkent namelijk dat zij bepaalde producten gratis heeft gekregen en dat ze door een merk werd uitgenodigd om een reis te maken. In al deze gevallen is er sprake van het ontvangen van een voordeel (of “soortgelijke vergoeding”, zoals bedoeld in de definitie van commerciële communicatie in artikel 2, 5°, van het Mediadecreet).
Wat de naleving betreft van de verplichting om de aanwezige commerciële communicatie gemakkelijk als zodanig herkenbaar te maken, blijkt dat bij twee van de voorliggende video’s helemaal geen vermelding werd toegevoegd, bij een andere video betreft het de vermelding “invited”. De inhoud van deze laatste vermelding wijst het publiek echter onvoldoende duidelijk op de aanwezigheid van commerciële communicatie.
Bij geen enkele video werd de ‘platform-disclosure’-functionaliteit (“betaald partnerschap” of “betaalde partner”) geactiveerd.
De betrokken merken werden wel vermeld.
De VRM besluit dan ook dat Nena Schuurmans de bepalingen van artikel 53 van het Mediadecreet heeft geschonden.
Bepalen van de sanctie:
Bij het bepalen van de sanctie wordt enerzijds rekening gehouden met het feit dat de video’s in kwestie Nena Schuurmans geen aanzienlijke (financiële) voordelen hebben opgeleverd en dat zij heeft aangegeven maatregelen te hebben genomen om dergelijke inbreuken in de toekomst te vermijden.
Anderzijds is het zo dat schendingen van de decretale verplichting om commerciële communicatie duidelijk herkenbaar te maken ernstige inbreuken zijn. Bovendien werd Nena Schuurmans reeds bij een eerdere beslissing (2024-005, 8 januari 2024) gewaarschuwd voor soortgelijke inbreuken.
De VRM besluit Nena Schuurmans een administratieve geldboete van 1.500 euro op te leggen.