1.2 Televisie

In Figuur 5: Waardeketen Televisiewordt de televisiewaardeketen getekend om de verschillende spelers te duiden en de tweezijdigheid van de markt te kunnen verklaren.

In het begin van de keten wordt nagegaan wie er betrokken is bij contentproductie. Facilitaire bedrijven (technische crew) en creatieve crew werken samen met productiehuizen en/of omroeporganisaties om omroepprogramma’s te maken. Beheersvennootschappen innen de vergoeding in de naam van de rechtenhouders van programma’s of programmaformats.

De geproduceerde content wordt door de omroeporganisaties of aggregatoren gebundeld tot het programmaschema van één of meerdere omroepprogramma’s of zenders. Dit signaal wordt door dienstenverdelers/operatoren die gebruikmaken van netwerken (omroepsignaaltransmissieplatformen) gedistribueerd.

Er zijn verschillende businessmodellen binnen de televisiemarkt. Traditioneel betaalt de kijker aan de dienstenverdeler abonnementsgeld of pay-per-view om tv-signalen te kunnen bekijken en vloeit een geldstroom in de richting van de contentleveranciers. Tegelijkertijd wordt de aandacht van de kijker gevaloriseerd. Adverteerders betalen om hun product of boodschap in de belangstelling van consumenten te brengen. Dit gebeurt door middel van reclameboodschappen, sponsoring, productplaatsing, …. De traditionele televisiemarkt kan dan ook beschouwd worden als een tweezijdige markt.

De actoren op de televisiemarkt zijn echter ook toegetreden tot het internet waardoor veel content online toegankelijk werd. Hier onderscheiden we drie veel voorkomende marktmodellen:

  1. Het gratis model, waarin bedrijven de content volledig gratis leveren en gefinancierd worden door een andere bron van inkomsten zoals bv. reclame;
  2. Het betalende model, waar consumenten betalen voor toegang tot de content;
  3. Het freemium model, een combinatie van de vorige twee.[40] Bij een freemium bedrijfsmodel wordt er content gratis aangeboden, maar vraagt de aanbieder geld voor meer geavanceerde gebruiksmogelijkheden en functionaliteiten.

Een belangrijke partner binnen de televisiemarkt zijn de reclameregies. Via deze regies ontvangen de omroeporganisaties geld van de adverteerders, dat besteed wordt aan de aanmaak van programma’s of aan een vergoeding voor omroepsignaaltransmissie.

Figuur 5: Waardeketen Televisie - tekstuele beschrijving figuur 5
Bron: VRM op basis van M. Porter

INFOFRAGMENT 6: AGGREGATIE- EN CURATIEFUNCTIE OMROEPEN ONDER DRUK

Het medialandschap is continu in transitie, waardoor ook de traditionele schakels in de waardeketen zich quasi continu in een staat van transitie bevinden. Waar traditioneel omroepen voor contentaggregatie en- curatie instaan, stellen we vast dat, in het huidige medialandschap waarin de consumenten zowel op lineaire als niet-lineaire wijze audiovisuele content consumeren, de aggregatie- en curatie-functie van omroepen sterk onder druk komt te liggen.

Waar dienstenverdelers als Proximus en Telenet zich in het verleden beperkten tot hun rol als dienstenverdeler (het distribueren van de omroepdiensten), zijn deze actoren zich daarna ook gaan bezighouden met contentaggregatie door het lanceren van eigen betaaltelevisiekanalen (bijvoorbeeld: Telenet – Play Sports kanalen, Telenet TV, YUGO, ..) evenals contentproductie (bijdrages van Proximus en Telenet aan de stimuleringsregeling voor audiovisuele producties). Daarnaast hebben producenten, door de opkomst van distributieplatformen, niet langer televisieomroepen nodig om hun programma’s tot bij de consumenten te brengen. 

Bovendien stellen we vast dat de dienstenverdelers en distributieplatformen zich steeds sterker een rol aanmeten als curator en als een soort van scheidsrechter bepalen welke content en/of programma’s aangeboden worden aan mediaconsumenten. Zowel Proximus als Telenet, maar ook internationale spelers zoals Netflix, beschikken via hun interfaces over een sleutelfunctie om via algoritmen content en programma’s op een gerichte wijze (op basis van content/inhoud en niet op basis van zenders/merken) aan te bieden aan de kijkers. Distributieplatformen verstevigen zodoende verder hun positie in de waardeketen. Niet enkel beheren zij in sommige gevallen het netwerk (Telenet en Proximus), ook bezitten zij de algoritmes waarmee programma’s aan klanten aangeboden worden via interfaces en beschikken ze over waardevolle data m.b.t. kijkgedrag die veelal niet gedeeld worden met (alle) omroepen of producenten.

Omroeporganisaties zien dat door deze evolutie hun rol als curator onder druk komt te staan en hebben weinig impact op de plaats die ze krijgen binnen het aanbod naar de consumenten toe. De publieke omroep vreest dat hierdoor hun publieke omroepopdracht in het gedrang komt, wanneer bepaalde programma’s (nieuws, informatie en duiding) geen prominente plaats in de programma-catalogus van dienstenverdelers krijgt. Commerciële omroepen vrezen dat hun programma’s aan belang zullen inboeten omdat hun content gemengd zal worden met die van andere (internationale) producenten. Hun tegenzet t.o.v. de dienstenverdelers bestaat erin om met eigen platformen de eigen content zichtbaar en bekend te houden (VRT NU, VTM GO, …).



[40] CSA (2016), L’accès aux médias audiovisuels.