7. Contacten met andere instanties

7.1. European Platform of Regulatory Authorities (EPRA)

EPRA is een koepelorganisatie waartoe de meeste Europese omroepregulatoren behoren. Ze beoogt de permanente uitwisseling van ervaringen en het aanreiken van oplossingen voor problemen gerelateerd aan de interpretatie en toepassing van de omroepregelgeving.

Van 5 tot en met 7 juni 2024 nam een delegatie van de VRM deel aan de 59ste vergadering van EPRA.

Op deze vergadering werd de samenwerking tussen EPRA en een aantal andere partners en projecten besproken.

In een thematische sessie werd het thema ‘mediageletterdheid en verkiezingen’ besproken. Daarbij werd ingegaan op de interactie tussen de media-industrie, stakeholders en toezichthouders.

Een andere thematische sessie was gewijd aan artificiële intelligentie en de rol van mediatoezichthouders op dit gebied. Daarbij werd nagegaan hoe artificiële intelligentie kan worden toegepast in de werkprocessen van media-toezichthouders.

Van 23 tot en met 25 oktober 2024 nam een delegatie van de VRM deel aan de 60ste vergadering van EPRA.

Op deze vergadering werd de impact van artificiële intelligentie op media verder besproken. Hier ging het specifiek over de vraag hoe regulatoren waakzaam kunnen worden gemaakt voor de gevaren van artificiële intelligentie in de media en welke uitdagingen ontstaan door het gebruik van artificiële intelligentie voor mediabedrijven en regulering.

Voorts was er ook aandacht voor de manier waarop oproepen tot haat kunnen worden tegengegaan en welke rol toezichthouders daarin kunnen spelen. Er werd nagegaan welke gevaren oproepen tot haat met zich brengen en welke regelgeving noodzakelijk is om er tegen op te treden.

7.2. European Regulators Group for Audiovisual Media Services (ERGA)

De Europese Groep van regelgevende instanties voor audiovisuele mediadiensten brengt de regelgevende instanties op het gebied van audiovisuele diensten bijeen om de Europese Commissie te adviseren over de uitvoering van de Richtlijn Audiovisuele Mediadiensten van de EU.

De doelstellingen van ERGA zijn:

met het oog op een consistente toepassing van de Richtlijn Audiovisuele Mediadiensten het adviseren en bijstaan van de Europese Commissie bij haar werkzaamheden alsook bij alle andere aangelegenheden in verband met audiovisuele mediadiensten voor zover ze onder de bevoegdheid van de Europese Commissie vallen;
het faciliteren van de samenwerking tussen de regelgevende instanties in de EU;
de uitwisseling van ervaringen en goede praktijken.

Het werkprogramma 2024 van ERGA bevat volgende acties en initiatieven:

In het kader van subgroep 1: de consistente uitvoering en handhaving van het Europese kader voor audiovisuele mediadiensten, met specifieke aandacht voor de AVMD-richtlijn, en het formuleren van aanbevelingen, o.a. met het oog op een toekomstige herziening van de AVMD-richtlijn.
In het kader van subgroep 2: bijdragen aan het debat dat leidde tot het aannemen van de Europese verordening mediavrijheid (EMFA, European Media Freedom Act). Deze subgroep was ook verantwoordelijk voor ERGA's bijdrage aan het voorbereidende werk voor de toekomstige toepassing van EMFA en de overgang naar de nieuwe Europese raad voor mediadiensten (EBMS, European Board for Media Services).
In het kader van subgroep 3: het ondersteunen van de Commissie bij de monitoringactiviteiten met betrekking tot de uitvoering van de Praktijkcode tegen desinformatie, de deelname van ERGA aan de permanente taskforce waarvan sprake in de Praktijkcode, en de opvolging van de uitvoering van de Europese verordening betreffende transparantie en gerichte politieke reclame, voor zover relevant voor de ERGA-leden.
In het kader van subgroep 4: het opvolgen van de implementatie van andere EU-regelgeving met betrekking tot de digitale omgeving die van invloed is op mediaregulatoren en aanbieders van mediadiensten. Dit omvatte met name grensoverschrijdende procedures bij het handhaven van de AVMD-richtlijn en de relatie met andere EU-regelgeving zoals de DSA (digitaledienstenverordening). Aangezien de DSA in 2024 volledig van toepassing werd, ging specifieke aandacht naar de uitvoering ervan in nauwe samenwerking met de Commissie. In dit verband besteedde de subgroep speciale aandacht aan de bescherming van minderjarigen in de digitale omgeving.

Twee actiegroepen waren gewijd aan de ontwikkeling van een communicatiestrategie voor ERGA en aan mediageletterdheid.

Op 4 juli 2024 werd de 21^e plenaire vergadering van ERGA gehouden en op 22 november 2024 ging de 22^e plenaire vergadering van ERGA door. Op beide vergaderingen werden rapporten van de verschillende sub- en actiegroepen besproken, geamendeerd en goedgekeurd, en werden voorbereidingen getroffen om de overgang van ERGA naar EBMS in 2025 vlot te laten verlopen.

7.3. Andere (internationale) contacten

De VRM onderhoudt contacten met tal van organisaties. Hieronder een (niet-exhaustieve) lijst van contacten:

Op 4 januari 2024 was er een overleg tussen de VRM-administratie en een delegatie van de Raad voor de Journalistiek (RVDJ).

Op 24 januari 2024 en 3 juni 2024 ontving de VRM een delegatie van het Bureau voor democratische instellingen en mensenrechten (ODIHR) van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE).

Op 18 maart 2024 was er een overleg tussen de VRM-administratie en het Vlaams Audiovisueel Fonds (VAF) omtrent de nieuwe stimuleringsregeling.

Op 23 april 2024 stond een overleg op de agenda met het Nederlands Commissariaat voor de Media m.b.t. het toezicht op content creators en video-uploaders.

Op 31 mei 2024 bracht het managementcomité van de VRM een bedrijfsbezoek aan Play Media.

Op 22 augustus 2024 gaf de VRM een presentatie over het Mediaconcentratierapport 2023 aan het Committee on the Impact of Media Concentration (Zuid-Korea).

Op 3 december 2024 was er een informatie-uitwisseling met het Nederlands Commissariaat voor de Media rond de aanpak van de Media-pluralismetest (EMFA).

Op 16 december 2024 bracht het managementcomité van de VRM een bedrijfsbezoek aan DPG Media.