KPI 38. De VRT besteedt minimaal 18,25% met een groeipad naar 20% van haar totale inkomsten exclusief ruil, Brussels Philharmonic en herstructureringskosten aan de externe productie. Hiervan gaat op jaarbasis minimaal 500.000 euro naar de externe audiosector. De VRT investeert bovenop dit percentage, 33% van de bijkomende middelen die ze haalt uit commerciële communicatie en BAN (excl. ruil) door de indexering van het globale plafond.

De VRT besteedt minimaal 18,25% met een groeipad naar 20% van haar totale inkomsten exclusief ruil, Brussels Philharmonic en herstructureringskosten aan de externe productie. Hiervan gaat op jaarbasis minimaal 500.000 euro naar de externe audiosector. De VRT investeert bovenop dit percentage, 33% van de bijkomende middelen die ze haalt uit commerciële communicatie en BAN (excl. ruil) door de indexering van het globale plafond.

Het betreft bestedingen (i.e. uitgaande geldstromen) aan de externe productie- (audio, video en digitale content) en facilitaire sector. Deze bestedingen bevatten 2 types: i.e. bestedingen in de externe productiesector (1) en de facilitaire sector (2). Bestedingen in de externe productiesector zijn cash out van tape op tafel (zonder schermwaarde en VRT-inbreng in natura), cash out van afgewerkte online producten, cash out van afgewerkte reportages, ontwikkelingsbudget externe productiehuizen. Versleuteling van de exclusiviteiten van de externe producenten vallen hier niet onder. Bestedingen in de facilitaire sector zijn cameraploegen, huur extern facilitair personeel en ENG-personeel, huur productiemiddelen, opnamemiddelen, studio’s, reportagewagens, montage. Bestedingen type (1) en type (2) blijven grosso modo in gelijke mate evolueren. Een globale stijging van externe bestedingen kan niet gepaard gaan met een negatieve evolutie van bestedingen type

VRT produceert zelf het grootste deel van haar aanbod, maar een belangrijk deel bestelt zij bij de Vlaamse productiesector. Tegelijk leveren facilitaire bedrijven ook heel wat diensten om VRT-producties mogelijk te maken (denk maar aan postproductiehuizen, cameraploegen en toeleveringsbedrijven (van studio’s bijvoorbeeld)). VRT is met andere woorden een belangrijke investeerder in de Vlaamse productie- en facilitaire sector.

In 2024 investeerde VRT 123.522.267 euro of 25,9% van haar totale inkomsten in de externe productie- en facilitaire sector (ten opzichte van 25,6% in 2023). Boven op deze investeringen werd 33% of 2.332.678 euro van de bijkomende middelen die ze haalde uit commerciële communicatie en BAN (exclusief ruil) door de indexering van het globale plafond geïnvesteerd. In totaal investeerde VRT dus 125.854.945 euro in de externe productie- en facilitaire sector.

De investering in de Vlaamse productiesector bedroeg 105.665.300 euro (ten opzichte van 101.222.713 in 2023) en 18.894.896 euro aan facilitaire bedrijven (ten opzichte van 18.495.751 in 2023).

1.294.749 euro besteedde VRT aan de externe audiosector (ten opzichte van 846.778 euro in 2023). Deze bestedingen bevatten de bestedingen voor externe audiocontent (podcasts), podcastmakers al dan niet verbonden aan het Klankverbond (schrijvers, stemmen, historici,...), acteurs/presentatoren/scenaristen wanneer ze meewerken aan podcasts, het inzetten van een opnamestudio en jingle-pakketten.

De investering in de Vlaamse productiesector blijft hoog. De stijging in 2024 ten opzichte van 2023 is te danken aan de (digitale) versterking van het aanbod en de inzet van creatieve en digitale profielen.

De investeringen in de Vlaamse audiosector kende een stijging dankzij de ontwikkeling van meer podcasts en ook de facilitaire sector kende een hogere investering dankzij de inhuur van meer externe (regie)middelen.

Tot slot leidde de stijging van de inflatie ook tot extra financiering in de totale sector.

De performantiemaatstaf blijkt hiermee te zijn behaald in 2024.