Korte samenvatting van de beslissing:
Het Vlaams Mensenrechteninstituut (VMRI) diende bij het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie (BIPT) een officieel verzoek in om erkend te worden als ‘betrouwbare flagger’ in de zin van artikel 22 van de Digitaledienstenverordening (DSA).
Onder de betrokken bevoegde autoriteiten voor de Digitaledienstenverordening in België bestond consensus over het voorstel van het BIPT om de behandeling van het verzoek van het VMRI aan de VRM toe te wijzen (overeenkomstig artikelen 4, § 2, tweede lid, 4°, en 10 van het DSA-samenwerkingsakkoord).
De VRM is binnen de Vlaamse Gemeenschap aangeduid als bevoegde autoriteit in de zin van artikel 49 van de Digitaledienstenverordening en het toezicht werd als taak aan de algemene kamer van de VRM toevertrouwd.
Ontvankelijkheid van het verzoek
De status van ‘betrouwbare flagger’ mag alleen worden toegekend aan entiteiten en niet aan individuele personen.
Om een verzoekende entiteit te kunnen verbinden, dient het verzoek te zijn ingediend en ondertekend door de perso(o)n(en) die hiertoe bevoegd zijn of gemachtigd is/zijn.
Het verzoek van het VMRI werd ondertekend door zijn directeur. De directeur blijkt over een geldig mandaat te beschikken om namens het VMRI een verzoek tot het verkrijgen van de status van ‘betrouwbare flagger’ in te dienen.
Het ingediende verzoek is bijgevolg ontvankelijk.
Onderzoek van de drie toekenningsvoorwaarden
Artikel22, tweede lid, van de Digitaledienstenverordening stelt drie voorwaarden, aan elk waarvan een entiteit moet aantonen te voldoen om de status van ‘betrouwbare flagger’ te verkrijgen:
- Specifieke expertise en bevoegdheid voor het opsporen, identificeren en melden van illegale inhoud;
- Onafhankelijkheid van enige aanbieder van onlineplatforms;
- Activiteiten uitvoeren met als doel meldingen zorgvuldig, nauwkeurig en objectief te doen.
Door de VRM werd een toetsing uitgevoerd van de afzonderlijke toekenningsvoorwaarden. Er kan geconcludeerd worden dat het VMRI aantoont dat het voldoet aan elk van de drie voorwaarden voor het verkrijgen van de status van ‘betrouwbare flagger’, vermeld in artikel 22, tweede lid, van de Digitaledienstenverordening.
De status van ‘betrouwbare flagger’ wordt bijgevolg toegekend aan het VMRI.
Als ‘betrouwbare flagger’ zal het VMRI ten minste één keer per jaar een eenvoudig te begrijpen en uitvoerig rapport over de meldingen die gedurende de relevante periode zijn gedaan dienen te publiceren, overeenkomstig artikel 22, derde lid, van de Digitaledienstenverordening.
De status van ‘betrouwbare flagger’ kan door de algemene kamer van de VRM steeds worden geschorst en desgevallend ook ingetrokken, overeenkomstig respectievelijk het zesde en zevende lid, van artikel 22 van de Digitaledienstenverordening.
Deze beslissing van de algemene kamer van de VRM zal worden gedeeld met de andere bevoegde autoriteiten in België, overeenkomstig artikel 10, § 6 van het DSA-samenwerkingsakkoord, waarna het BIPT als Belgische digitaledienstencoördinator de naam, het adres en e-mailadres van het VMRI aan de Europese Commissie en Digitaledienstenraad kan doorgeven, overeenkomstig artikel 22, vierde lid, van de Digitaledienstenverordening.
Op deze manier kan de Europese Commissie deze gegevens toevoegen aan haar openbare databank van entiteiten die in verschillende lidstaten de status van ‘betrouwbare flagger’ hebben verkregen, overeenkomstig artikel 22, vijfde lid, van de Digitaledienstenverordening.