Korte samenvatting van de beslissing:
Ingediende klacht:
De VRM ontving een klacht tegen de nv VRT. De klacht heeft betrekking op een nieuwsitem uit ‘Het Journaal’ (13 november 2023, 19u - VRT 1).
De klagende partij verduidelijkt dat haar klacht gericht is tegen “de niet objectieve nieuwsberichten van VRT NWS Journaal met betrekking tot de oorlog in Gaza” waarbij de “basisbeginselen van journalistiek met voeten [worden] getreden”. Volgens de klagende partij is de nieuwsberichtgeving te éénzijdig en worden berichten van het Israëlische leger en de Israëlische overheid zonder meer overgenomen.
Volgens de klagende partij “wordt het algemeen belang hiermee geschaad”. De klagende partij voelt zich als kijker van het VRT Journaal en inwoner van België gegriefd en voert aan dat vrije meningsuiting alleen kan worden gevormd door objectieve informatie.
Beoordeling door de VRM:
Blijk geven van een benadeling of een belang is volgens artikel 220, § 2, van het Mediadecreet een uitdrukkelijke voorwaarde voor de ontvankelijkheid van een klacht bij de kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen van de VRM. Artikel 12, eerste lid, 3°, van het Procedurebesluit bepaalt nader dat een klacht, om ontvankelijk te zijn, het belang van de klagende partij bij het indienen van de klacht moet aangeven.
Deze expliciete eis van een benadeling of een belang toont aan dat de decreetgever de loutere hoedanigheid van kijker of luisteraar niet voldoende acht. Een klacht waarbij wordt opgetreden in het algemeen belang (een zogenaamde ‘actio popularis’) is niet toegelaten.
De klagende partij moet dus meer bepaald aantonen over een persoonlijk belang te beschikken dat specifieker is dan het algemeen belang of het belang van elke burger. Zij dient het slachtoffer te zijn van of persoonlijk benadeeld te worden door de uitzending die wordt aangeklaagd.
De VRM oordeelt dat de klagende partij zich beroept op het algemeen recht op informatie van de burger en kijker en meer in het bijzonder op het recht om objectieve informatie te ontvangen vanwege de openbare omroeporganisatie. Zij verduidelijkt echter niet op welke manier de uitzending van het aangeklaagde item haar persoonlijk zou hebben benadeeld. Een algemeen belang als inwoner van België of kijker van het VRT Journaal voldoet niet aan het belang dat de decreetgever voor ogen had als ontvankelijkheidsvoorwaarde voor klachten bij de kamer voor onpartijdigheid en bescherming van minderjarigen.
De klacht is bijgevolg kennelijk onontvankelijk.