Klacht tegen VRT ongegrond

Korte samenvatting van de beslissing:

De VRM ontving een klacht tegen NV Vlaamse Radio- en Televisieomroeporganisatie (VRT). Volgens de klager wordt bij het luisteren naar de radio via een internetradio, telkens hij afstemt op een ander VRT-kanaal of wanneer de Wi-Fi-connectie wegvalt en zich herstelt, eerst een ‘commercial’ afgespeeld. De klager wenst eenzelfde ervaring als bij het luisteren naar radio via FM en DAB en vraagt of dezer vorm van reclame verboden kan worden. 

Beoordeling door de VRM: 

Als uitgangpunt, dat ook het Mediadecreet hanteert, geldt de vrijheid van expressie en informatie en ook de vrijheid van uitzenden van commerciële communicatie, zoals respectievelijk uitgedrukt in artikel 37 en bevestigd in artikel 48 van het Mediadecreet.

Eventuele beperkingen of uitzonderingen op dit principe moeten expliciet in de regelgeving zijn opgenomen of voorzien.

Bij gebrek aan bepalingen in het Mediadecreet die de aangeklaagde commerciële communicatie zouden verbieden, meent de VRM dat geen schending van het Mediadecreet kan worden vastgesteld.

Bijgevolg wordt de klacht tegen VRT ongegrond verklaard.

Partij 1:
W.D.
Partij 2:
NV Vlaamse Radio- en Televisieomroeporganisatie
Kamer:
Algemene kamer
Datum publicatie: 5 april 2022
Beslissingsnummer:
2022-007
Type procedure:
Klacht