Korte samenvatting van de beslissing
De klacht
De VRM ontving een gezamenlijke klacht van VZW Familyradio Vlaanderen, VZW Vlapo en BVBA MENT Media tegen netwerkradio-omroeporganisatie VBRO.
De klacht heeft betrekking op de zogenaamde ‘Artiestenpakketten’ (‘zilver’ en ‘goud’) die door VBRO worden aangeboden. Voor het ‘Artiestenpakket Zilver’ betaalt de artiest 1.195 euro. In ruil daarvoor krijgt hij een pakket met reclamespotjes, een radio-interview, een video-opname voor de website en aandacht op de website, de sociale media en de nieuwsbrief van de zender. Bovenop die som doen de artiesten ook twee gratis optredens. De ‘Goud’-formule (1.495 euro) bevat het bovenstaande, maar aanvullend wordt de artiest zijn single ook een week lang ‘Trotsplaat’. Dat houdt in dat de zender de plaat om de drie uur speelt, wat overeenkomt met 56 keer per week.
De klagers zijn van oordeel dat het uitzenden tegen betaling van een muzieknummer als ‘Trotsplaat’ van de week, commerciële communicatie in de zin van artikel 2, 5°, van het Mediadecreet betreft. Volgens de klagers wordt hierbij evenwel artikel 86, § 1, van het Mediadecreet geschonden, aangezien voor het publiek niet duidelijk is of naar reclame dan wel redactionele inhoud wordt geluisterd. De radioreclame is niet duidelijk herkenbaar en kan niet worden onderscheiden van redactionele inhoud. De klagers voeren hieraan toe dat de onduidelijkheid nog wordt versterkt door het feit dat de ‘Trotsplaat’ niet altijd tegen betaling wordt uitgezonden.
Beoordeling door de VRM
Eén van de uitgangspunten van het Mediadecreet stelt dat omroeporganisaties vrij zijn om commerciële communicatie uit te zenden, weliswaar met inachtname van de verplichtingen vermeld in het decreet. Meer specifiek moet radioreclame duidelijk herkenbaar zijn en kunnen worden onderscheiden van redactionele inhoud; zij moet met akoestische middelen van andere onderdelen van het programma worden gescheiden.
Op de hoorzitting maakt VBRO duidelijk dat er geen onderscheid te horen is tussen een betalende en niet-betalende ‘Trotsplaat’. Het feit dat een ‘Trotsplaat’ door VBRO telkens op dezelfde wijze wordt aan- en afgekondigd impliceert dat het voor de luisteraar niet duidelijk is of er werd betaald om het nummer te laten afspelen, en er dus sprake is van radioreclame, dan wel of het een redactionele keuze betreft.
Bijgevolg begaat VBRO een inbreuk op de verplichting dat radioreclame duidelijk herkenbaar moet zijn en kunnen worden onderscheiden van redactionele inhoud.
Bij het bepalen van de sanctie houdt de VRM enerzijds rekening met de ernst van de inbreuk, het potentieel bereik van VBRO en de waarde van de door VBRO aangeboden ‘Artiestenpakketten’. Anderzijds houdt de VRM ook rekening met het gegeven dat dergelijke inbreuk voor het eerst bij VBRO wordt vastgesteld en VBRO verklaard heeft de nodige maatregelen te zullen nemen.
De VRM besluit een geldboete van 3.000 euro op te leggen.