2BE beboet voor uitzenden telewinkelen net voor kinderprogramma

De VRM controleerde de uitzendingen (28 januari 2012, 13u-19u) van verschillende televisiezenders.

Bij 2BE (NV Vlaamse Media Maatschappij) stelt de onderzoekscel van de VRM vast dat het telewinkelprogramma (TV winkel) onmiddellijk gevolg wordt door het programma 'Hero: 108', een Chinese animatieserie die zich richt op een publiek van kinderen/jongeren van zes jaar en ouder.

Het Mediadecreet laat lineaire televisieomroeporganisaties toe om onder bepaalde voorwaarden telewinkelprogramma's uit te zenden. Artikel 82, § 1, 4°, van het Mediadecreet bepaalt dat "in de onmiddellijke omgeving van kinderprogramma's worden geen telewinkelprogramma's uitgezonden. Met onmiddellijke omgeving wordt bedoeld binnen een tijdsbestek van vijftien minuten voor en na het kinderprogramma."

De Vlaamse Media Maatschappij betwist de vaststellingen van de VRM niet maar wijst op een interne vergissing en geeft aan maatregelen te hebben genomen om een herhaling van deze situatie in de toekomst te vermijden. 

Bij het bepalen van de strafmaat houdt de VRM rekening met de ernst van inbreuk, het gegeven dat een dergelijke inbreuk voor de eerste keer wordt vastgesteld bij VMMa en het feit dat de omroeporganisatie maatregelen heeft genomen om deze situatie in de toekomst te vermijden. Bijgevolg is de Algemene Kamer van oordeel dat een geldboete van 2.500 euro een gepaste sanctie is.

Singlespots omwille van gebrek aan interesse adverteerders
De onderzoekscel van de VRM stelt bij de controle ook vast dat een aantal maal een alleenstaande reclamespot werd uitgezonden.

Artikel 79, § 2, van het Mediadecreet bepaalt :

"Afzonderlijke reclame- en telewinkelspots blijven een uitzondering. Een afzonderlijke reclame- of telewinkelspot is toegestaan per televisieomroepprogramma per dag."

Daarnaast zijn afzonderlijke reclame- en telewinkelspots toegestaan:

1° in uitzendingen van sportevenementen;

2° als er een langdurige spot wordt uitgezonden van minimaal twee minuten;

3° als een omroeporganisatie er niet in geslaagd is voor een specifiek reclameblok meer dan een reclame- of telewinkelspot te verkopen, bij gebrek aan interesse van de klanten."

De VMMa maakt aannemelijk dat er beroep kan worden gedaan op de uitzonderingsgrond van artikel 79, § 2, tweede lid, 3°, van het Mediadecreet. De uitzending van de alleenstaande reclamespots tijdens de onderzochte periode is dan ook niet in strijd met de bepalingen van het Mediadecreet.

Mediadecreet

"§ 2. Afzonderlijke reclame- en telewinkelspots blijven een uitzondering. Een afzonderlijke reclame- of telewinkelspot is toegestaan per televisieomroepprogramma per dag.

Daarnaast zijn afzonderlijke reclame- en telewinkelspots toegestaan:

1° in uitzendingen van sportevenementen;

2° als er een langdurige spot wordt uitgezonden van minimaal twee minuten;

3° als een omroeporganisatie er niet in geslaag is voor een specifiek reclameblok meer dan een reclame- op telewinkelspot te verkopen, bij gebrek aan interesse van de klanten".

Artikel 82, § 1, 4°, van het Mediadecreet luidt als volgt:

"§1. De lineaire televisieomroeporganisaties kunnen telewinkelprogramma's uitzenden onder de volgende voorwaarden:

(...)

4° in de onmiddelijke omgeving van kinderprogramma's worden geen telewinkelprogramma's uitgezonden. Met onmiddellijke omgeving wordt bedoeld binnen een tijdsbestek van vijftien minuten voor en na het kinderprogramma."

Partij 1:
VRM
Partij 2:
NV Vlaamse Media Maatschappij
Kamer:
Algemene kamer
Datum publicatie: 15 mei 2012
Beslissingsnummer:
2012-008
Type procedure:
Ambtshalve onderzoek