3.5. Besluit hoofdstuk 3

De verhoudingen binnen de Vlaamse mediasector werden in dit hoofdstuk aan de hand van een aantal indicatoren gekwantificeerd.

In eerste instantie is de concentratie wat betreft radio bestudeerd. De vaststelling van de vorige jaren blijft bestaan: doordat radio Nostalgie vanaf 2012 officieel een landelijke radio geworden is, is binnen dit segment de indicator voor concentratie op basis van marktaandelen afgenomen. Toch blijft de concentratie groot, vooral door de dominante positie van de VRT.

Vervolgens werd televisie als mediavorm onder de loep genomen. Ten gevolge van nieuwe technologieën zijn de inkomstenmodellen voor televisie gewijzigd. Hierdoor zijn er spanningen rond de verdeling van de inkomsten tussen de spelers binnen de verschillende schakels in de keten naar het oppervlak gekomen. Contentproducenten, aggregatoren en distributeurs willen elk een zo groot mogelijk aandeel van de inkomsten opeisen. We merken dat de totale hoeveelheid VOD-opvragingen en de hierdoor gegenereerde inkomsten niet meer toenemen.

Telenet, als dominante speler op de distributiemarkt, gaat ook op andere schakels van de waardeketen een belangrijkere positie innemen. Zo heeft het 50% in handen van De Vijver Media, dat onder andere de televisieomroepen VIER en VIJF en het productiehuis Woestijnvis overkoepelt. Ze investeren ook meer en meer in (televisie)content.

Ook in 2014 bleef de slechte financiële situatie waarin de regionale omroepen zich bevonden, aanhouden. Het beleid heeft hierop een nieuwe regeling ingevoerd m.b.t. de regionale omroepen. Deze gaat in vanaf 2015. In dit verbandpresenteert de VRM in dit rapport voor het eerst een grafiek gebaseerd op bereikcijfers.

De gedrukte pers blijft door een moeilijke periode gaan wegens onder andere dalende verkoopcijfers en dalende advertentieopbrengsten. Dit is vooral duidelijk bij de periodieke bladen, waar zowel Sanoma als Think Media, al dan niet gedwongen, titels verkochten.

Bij de dagbladen wordt de daling in gedrukte verkoop voor een stuk gecompenseerd door stijgende digitale verkoopcijfers. Bij de zogenaamde kwaliteitskranten ligt de digitale verkoop het hoogst, en is dit een belangrijk aandeel in de totale verkoop geworden. De concentratie bij de uitgeversgroepen van kranten is sterk toegenomen door de oprichting van Mediahuis in 2013. De 7 belangrijkste betalende Vlaamse kranten worden sindsdien uitgegeven door slechts twee uitgeverijen, De Persgroep en Mediahuis.

Het is moeilijk om van concentratie te spreken op het internet, aangezien de surfer veel meer websites kan bezoeken dan diegene die in dit hoofdstuk besproken worden en gemakkelijk naar meerdere websites kan surfen. Toch merken we wat websites van Vlaamse mediagroepen betreft, een hoge concentratie op vlak van groepen en een lage concentratie op vlak van websites. De relatieve populariteit van radio, tv of geschreven pers in hun eigen medium, wordt niet altijd weerspiegeld op het internet. De nieuwsmedia zijn erg populair, hun websites worden het meest bezocht. Ook op de sociale media doen zij het goed, samen met de mediamerken die zich een eerder jong imago aanmeten.

Ook dit jaar werden de prijzen van Vlaamse mediaproducten bestudeerd. De kosten voor radio, televisie en geschreven pers zijn in 2015 opnieuw gestegen, en dit sneller dan de index. De onrechtstreeks kosten om van mediaproducten te genieten zoals de kosten voor een computer, een mobiele telefoon of elektriciteit zijn evenwel gedaald. De digitale prijs voor kranten ligt voor de zogenaamde 'kwaliteitstitels' gemiddeld hoger dan voor de meer populaire titels. In het algemeen kan bij geschreven pers de digitale prijs hoger of lager liggen dan de prijs voor een gedrukt exemplaar.

Sinds 2012 gaat de brutokost voor reclameruimten in dagbladen, tijdschriften en tv in stijgende lijn. De totale reclameinvesteringen in tijdschriften en gratis pers nemen echter af.

Ten slotte werd de Vlaamse mediasector ook gesitueerd in een internationale context. Door de taalbarrière is het voor Vlaamse media-ondernemingen niet evident om activiteiten in het buitenland te ontplooien. We noteerden zowel overnames (door de Persgroep en door Concentra) als de verkoop van belangen (door Roularta) bij de uitgevers van geschreven pers. De internationale participaties in de Vlaamse productiehuizen nemen toe. Wat de sociale media betreft situeert de controle zich voornamelijk in het buitenland.

Hoewel er niet één speler is die de hele Vlaamse mediasector domineert, blijken veel vormen van horizontale, verticale of crossmediale concentratie te bestaan in en tussen een aantal segmenten van verschillende Vlaamse mediavormen. Dit kan een risico inhouden voor de diversiteit van het aanbod. Op radiovlak blijft het VRT-aandeel meer dan de helft bedragen. We merken ook de toenemende activiteiten van de dominante televisiedistributeur Telenet in andere delen van de televisiewaardeketen en een geplande belangrijke overname op de mobiele markt (met name het Base mobiele telefonienetwerk). In de markt van de geschreven pers is de dominantie van de krantenmarkt door slechts twee grote uitgevers, De Persgroep en Mediahuis, opvallend.