4.3. 'VRT' als kwaliteitslabel voor het gehele aanbod en koepel voor digitaal aanbod

4.3.1. De VRT rapporteert jaarlijks over haar beleid inzake kwaliteit, onpartijdigheid, beroepsethiek en integriteit

De VRT stelt het volgende inzake de rapportering:

Kwaliteit

De VRT stelt te streven naar kwaliteit op verschillende vlakken:

1) het realiseren van sociaal-maatschappelijke relevantie (publieke meerwaarde);

2) het inspelen op de behoeften van de mediagebruikers (functionele kwaliteit).

 
Publieke meerwaarde

Beroepsethiek: De beroepsethische kaders (o.m. het redactiestatuut met inbegrip van de deontologische code voor de journalisten, zie ook 2.1.1.4) zijn eerder in dit rapport beschreven. Mede hierdoor heeft de Vlaamse mediagebruiker een groot vertrouwen in de VRT: in een onderzoek van onderzoeksbureau GfK bij Vlaamse mediagebruikers van 15 jaar en ouder zegt 71% van de Vlamingen (veel) vertrouwen te hebben in de VRT. Daarmee is de VRT nog steeds een van de instellingen waar de Vlaming het meest vertrouwen in heeft.

  • Maatschappelijke impact

De maatschappelijke impact is een belangrijke drijfveer doorheen het gehele aanbod van de VRT.

Dat Vlaanderen een eigen publieke omroep heeft, vond volgens een ander onderzoek van GfK 71% van de Vlamingen van 15 jaar en ouder belangrijk. De impact die de VRT heeft op het publiek werd gemeten aan de hand van stellingen die een groep Vlaamse mediagebruikers voorgelegd kreeg. Bij elke stelling konden ze een score geven van 0 tot 10, naargelang de mate waarin ze een bepaalde impact aan de VRT toeschrijven.

Gemiddeld gaf de Vlaming een score van 7,3 op 10 op de stelling “De VRT laat toe mijn algemene kennis te vergroten” en 7,4 op 10 op de stelling “De VRT helpt me up-to-date te blijven over wat er gebeurt”.

Bepaalde programma’s genereerden extra impact op specifieke terreinen. Zo verklaarde 67% van de kijkers van Tytgat chocolat (Eén) dat zij dankzij de reeks iets hadden bijgeleerd over mensen met een beperking.

De VRT zocht uit welke impact de kijkers, luisteraars en surfers zelf ervaren bij hun gebruik van het aanbod. Volgende vaststellingen kwamen uit de bevraging naar voor:

  • 92% van de Vlamingen vond dat de VRT hen interessante dingen leert.
  • 84% zei dat ze zich minder geïnformeerd zouden voelen als de VRT niet zou bestaan.
  • 83% verklaarde dat de VRT hun interesses prikkelt op het vlak van kunst en cultuur.
  • 82% beweerde dat ze minder zouden weten over de Vlaamse cultuur als de VRT niet zou bestaan.
  • Diversiteit

De VRT streeft naar diversiteit in beeldvorming, toegankelijkheid en in het personeelsbestand (zie strategische doelstelling 1) ;

  • Onderscheidend aanbod

De VRT biedt een onderscheidend aanbod vanuit de kernopdrachten informatie, cultuur en educatie (zie strategische doelstelling 2); en ontspanning en sport vanuit publieke meerwaarde (zie strategische doelstelling 3).

  • Innovatie

Om in te spelen op het veranderde mediagebruik lanceerde de VRT in 2017 VRT NU, een online-platform met live-streaming en video-op-aanvraag van het aanbod van de televisienetten en allerlei video’s van de radionetten. De digitale shift werd voortgezet door nog meer content en video’s aan te bieden via apps en de sociale media, en door de radi-onetten beschikbaar te stellen via diverse online radiospelers en apps. De VRT bereidde zich ook voor op
de implementatie van de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) waarbij ze een voorbeeldrol wil spelen. Voor allerhande innovatieprojecten werkte de VRT samen met andere openbare omroepen, onderzoeksinstellingen, universiteiten, start-ups en Vlaamse en internationale mediapartners. Inzichten en resultaten werden gedeeld, zoals op Innovatie.vrt.be en het evenement Media Fast Forward.

De VRT lanceerde in 2017 nieuwe programma’s en ander aanbod. Daarvan werden verschillende innovatieve formats door de omroep zelf ontwikkeld. Enkele voorbeelden:

  • Iedereen klassiek was een programma van Klara, maar werd in 2017 ook de naam van het YouTu- be-kanaal van Klara waarin termen en componisten uit de klassieke muziek geduid.
  • In een vaste rubriek die verscheen op maandag, Aster en de Premier League, gaf de presentator Aster Nzeyimana op de Facebookpagina van Sporza een overzicht van wat hem opgevallen was bij de voorbije speeldag in de Engelse competitie.
  • Verschillende aanbodsmerken boden Facebook Live-uitzendingen aan die niet focusten op het uitzenden, maar veel meer gericht waren op humor of het creëren van interactiviteit, zoals het laten voorspellen van de loting voor het WK voetbal door slakken (Sporza) en een live quiz van Studio Brussel.
  • Het consumentenmagazine van Radio 2 De inspecteur introduceerde enkele innovaties, zoals smaaktesten (waarbij via Facebook actief werd gepeild naar de reacties van de luisteraars) en online videofilmpjes (waarbij de presentator mensen die met een consumentenvraag zitten actief helpt).
  • Vlaamse verankering

Uit onderzoek van GfK inzake Vlaamse verankering bij Vlamingen ouder dan 15 jaar blijkt dat 87% het belangrijk vond dat ze naar Vlaamse tv- programma’s konden kijken. Volgens 45% van de Vlamingen zond Eén de meeste Vlaamse programma’s uit. 80% van de Vlamingen oordeelde dat de VRT voldoende aandacht heeft voor Vlaamse kinderprogramma’s. 73% van de respondenten die op deze vraag hun mening gaven, vond dat de VRT voldoende aandacht heeft voor Vlaamse fictie en 76% was van oordeel dat de VRT voldoende aandacht heeft voor Vlaamse cultuur.

Wat Vlaamse muziek betreft vond 66% van de Vlamingen die hierover een mening hadden dat de VRT daar voldoende aandacht voor heeft. De helft van de ondervraagden die hierover een mening hadden (51%) was van oordeel dat Radio 2 de Vlaamse radiozender is die het meest inzet op Nederlandstalige muziek. 14% van de ondervraagden die hierover een mening hadden, zei dat Radio 1 het vaakst Nederlandstalige nummers draait.

Verder vond 93% van de Vlamingen dat de VRT een voorbeeld is op het vlak van correct taalgebruik en 91% oordeelde dat de VRT het echte Vlaamse leven goed weerspiegelt.

Functionele kwaliteit

De VRT streeft ernaar om met haar aanbod tegemoet te komen aan de behoeften van de mediagebruikers. Het realiseren van deze functionele kwaliteit is af te leiden uit verschillende dimensies:

  • Bereik

De VRT wil zoveel mogelijk mensen bereiken, los van hun afkomst, leeftijd, geslacht of opleidingsniveau. Zowel met het totale aanbod (totaalbereik en bereik per doelgroep), als met het volledige informatieaanbodbereikt de VRT een groot aandeel van de bevolking. Volgens de beheersovereenkomst moet de openbare omroep 85% van de totale bevolking in Vlaanderen bereiken en 75% van elke relevante bevolkingsgroep. Dat doel wordt over de hele lijn gehaald. In 2017 bereikte de VRT met haar aanbod op weekbasis 89,4% van de Vlaamse bevolking (15 jaar en ouder) (cf. supra).

  • De VRT-televisienetten bereikten volgens CIM-cijfers samen gemiddeld 2.755.523 Vlamingen per dag (tegenover 2.770.761 in 2016). Daarmee haalde de VRT-televisie een marktaandeel van 37,1% (2,2%  minder dan in 2016). De Vlaming (ouder dan 4 jaar) keek gemiddeld 1 uur en 49 minuten per dag naar de VRT-zenders (inclusief de uitgesteld bekeken programma’s), wat 5 minuten minder is dan in 2016. Op weekbasis bereikte VRT-Televisie gemiddeld 615.572 van de 4- tot 16-jarigen (of 69,1%) (ten opzichte van 592.003 in 2016). De tv-uitzendingen van VRT werden in 2017 voor 87,7% live bekeken en voor 12,3% uitgesteld (tot zeven dagen na de uitzending).
  • Eén haalde een marktaandeel van 30,1%; voor Canvas was dit 5,4% en Ketnet haalde een maktaandeel van 1,6%.
  • Er werden volgens een onderzoek uitgevoerd door Comscore in totaal 173.577.020 videoclips gestart via de eigen VRT-websites. Dat is 0,9% minder ten opzichte van 2016. Een daling die vooral toe te schrijven is aan het feit dat de aanbodsmerken steeds meer videofragmenten rechtstreeks op de sociale media plaatsen. Gemiddeld keken ruim 243.000 bezoekers per dag video’s op de VRT-websites. Vooral van de VRT- televisienetten werden fragmenten aangeklikt (12.240.240 videostarts op Een.be, 2.243.522 op Canvas.be en 54.072.975 op Ketnet.be). De kijkers raadpleegden ook videomateriaal op Vrtnws.be (32.257.666), zoals een uitzending over De Bende van Nijvel en een liveblog over de orkaan Irma, en Sporza.be (28.708.292), zoals de fragmenten Sagan kaapt interview met Vanmarcke: “Waarom val je niet aan?” en Gilbert demarreert en lost jonge wielertoerist.
  • Via VRT NU konden volledige programma’s opgevraagd worden. In totaal werden volgens een onderzoek uitgevoerd door Comscore er 33.601.461 video’s opgestart (zowel aanbod- op-aanvraag als livestreams). De programma’s die het vaakst online bekeken werden, zijn Tabula rasa, De Geest (113.136), De dokter Bea show: Kussen (110.720) en Fijne vakantie en gelukkig nieuwjaar van team Rox (98.679). Globaal gezien was Thuis het meest bekeken programma met 8.879.095 starts.
  • Ook via de sociale media verspreidde de VRT videofragmenten. Op Facebook werd 149.738.753 keer een VRT-videofragment gestart (een stijging met 46,6% ten opzichte van 2016) en op YouTube 180.266.795 keer (+19,8%) volgens een onderzoek uitgevoerd door Comscore. Andere websites konden VRT- videofragmenten overnemen (Web syndication). Via die syndicatiepartners werden er 8.012.690 fragmenten opgestart. (In 2016 waren dat er 13.702.410.)
  • Volgens de CIM-radiostudie bij Vlamingen van 12 jaar en ouder blijkt dat 2.964.195 Vlamingen (54,1%) dagelijks luisterden naar de radionetten van de VRT 3.926.217 (71,7%). Volgens de CIM-studie luisterden Vlamingen wekelijks naar VRT-radio. Wekelijks bereikten de VRT- radionetten samen gemiddeld 223.340 van de 12- tot 16-jarigen (of 69,4%) (ten opzichte van 240.845 in 2016).
  • Radio 2 was in 2017 de zender met het grootste marktaandeel (31,2%). Studio Brussel haalde op jaarbasis een marktaandeel van 12,4%, MNM en Radio 1 volgden met respectievelijk 9,6% en 7,9%. Klara haalde een marktaandeel van 2,3%. Het totale marktaandeel van de VRT-radionetten samen (Klara Continuo, MNM Hits en Nieuws+ inbegrepen) bedroeg in 2017 63,7% (ten opzichte van 64,1% in 2016).
  • De eigen VRT-cijfers tonen een groei van internetradio voor alle netten ten opzichte van 2016. Dat komt vooral door de stijging in het luisteren via de VRT-radio-apps. Naar Studio Brussel luisterden dagelijks gemiddeld bijna 20.000 internetluisteraars via de VRT-radioplusspeler en de VRT-radio-apps volgens een onderzoek uitgevoerd door Comscore (+25,1% ten opzichte van 2016). Radio 1 volgt met gemiddeld bijna 13.000 digitale luisteraars per dag (+31,7%). De sterkste groeier was MNM, dat meer dan 40% extra internetluisteraars kende op de eigen platformen (gemiddeld bijna 8.500 dagelijkse internetluisteraars). In totaal kende de VRT met de interne digitale luisterkanalen (Radioplus.be) gemiddeld 59.912 dagelijkse luisteraars (+31,7% ten opzichte van 2016). 24% van deze luisteraars luisterde via een VRT-radio-app.
  • In 2017 downloadden 452.555 luisteraars de verschillende VRT-radio-apps volgens een onderzoek uitgevoerd door Comscore. Eind december waren de verschillende apps van VRT-radio in totaal al 728.387 keer gedownload.
  • Dagelijks surften 1.070.174 unieke bezoekers naar een van de VRT-websites volgens een onderzoek uitgevoerd door Comscore, een stijging van 16,5% ten opzichte van 2016 of meer dan 100.000 extra bezoekers. 140.793 van die bezoekers waren afkomstig na doorklikken vanuit Facebook. Het surfen naar de VRT-websites gebeurde:
    • via pc of laptop door gemiddeld 365.188 bezoekers per dag (-5,3% ten opzichte van 2016);
    • via smartphone door 526.005 bezoekers (+37,4%);
    • via tablet door 164.887 bezoekers (+10,1%).
  • Waardering

De kijker waardeerde in 2017 volgende Eén-programma’s het meest: De herdenking van 100 jaar grote oorlog in Passendale (8,8), een aflevering van Van vlees en bloed (8,8), een aflevering van How to get away with murder (8,8), een aflevering van Poldark (8,8), de making-of-aflevering van Tytgat chocolat (8,8), een uitzending van Het journaal van 18 uur (8,8), een aflevering van Terug naar Oosterdonk (8,8), een aflevering van Salamander (8,8) en een aflevering van Tabula rasa (8,8).

Op Canvas kregen volgende programma’s de hoogste waarderingsscores: een aflevering van Radio Gaga (9,0), De herdenking van 100 jaar grote oorlog in Passendale (8,9), Attenborough and the giant dinosaur (8,9), een uitzending van Vranckx (8,8), een aflevering van de reeks Follow the money (8,8), en verschillende afleveringen van de documentaires Stephen Fry in Central America (8,8) en verschillende afleveringen van Planet earth II (8,8).

De mediagebruikers waardeerden het aanbod van VRT-Radio. Uit de waarderingsmonitoring bij mediagebruikers leverde dat volgende waarderingscijfers op: Radio 1: 8,1; Radio 2: 8,3; MNM: 8,1; Studio Brussel: 8,1 en Klara: 8,1.  Per zender werden volgende programma’s het hoogst gewaardeerd: Studio Brussel: De Album 50 (9,1), Radio 2: de Top 70 van de jaren ’70 (9,0), Radio 1: de Classics 1000 (8,9), MNM: de MNM1000 (8,6) en Klara: Klara live (8,5).

  • Feedback van klanten

De  VRT-klantendienst  ontving in 2017 4.565 klachten (‘VRT Klachtenrapport 2017’, te consulteren via https://www.vrt.be/nl/over-de-vrt/prestaties/klachtenrapport/), dat zijn er 255 of 5,3% minder dan in 2016. Het aantal andere klantcontacten steeg met 7.827 van 18.205 naar 26.032, een stijging van 43,0%. Die stijging is vooral het gevolg van de lancering van Vrtnu.be en Vrtnieuws.be.

  • Het aantal klachten over technologie en transmissie steeg tot 1.131 (572 in 2016). Die stijging is toe te schrijven aan de lancering van Vrtnu.be en Vrtnws.be. Door de nieuwe aanpak bij de start van Vrtnws.be om video te verspreiden via Vrtnu.be (in plaats van via de nieuwssite zelf), moesten video-gebruikers zich eerst registreren op VRT NU om de nieuwsvideo’s uitgesteld te kunnen bekijken. Dat leidde tot klachten. Mediagebruikers klaagden ook over het feit dat ze privégegevens moesten prijsgeven om een video te kunnen bekijken.
  • De klantendienst kreeg verschillende klachten over de overschakeling van de radio-uitzendingen van DAB naar DAB+. Daardoor moesten de VRT-zenders opnieuw gescand en geïnstalleerd worden. Bij oudere toestellen moest dat soms manueel gebeuren.
  • 1.091 klachten waren programma- of mediagerelateerd (1.272 in 2016). Meestal ging het over de inhoud van programma’s, zoals over situaties en personages in fictiereeksen.
  • Het aantal programmeringsklachten kende een spectaculaire daling, die vooral toe te schrijven is aan de komst van Vrtnu.be. Er waren 149 klachten die betrekking hadden op de programmering van de tv-zenders (ten opzichte van 636 in 2016).
  • Over de nieuwsdienst registreerde de klantendienst 2.646 klantcontacten, waarvan 563 klachten. De algemene klachten met betrekking tot de nieuwsdienst, werden door de klachtencoördinator behandeld. De 156 beroepsethische klachten werden door de ombudsman van de VRT-nieuwsdienst behandeld. De meeste klachten over de nieuwsdienst gingen over de website (zoals links die niet werkten, video die niet online stond, (live)streaming die niet startte en taalfouten) en over de onverstaanbaarheid van ankers.
  • Beroepsethische klachten die geen betrekking hebben op de nieuwsdienst werden behandeld door de klachtencoördinator. Zo ontving de VRT er 404 in 2017. Het overgrote deel ging over allerlei andere onderwerpen (gaande van dierenleed tot ecologie).

De VRT ontving klachten in tweede lijn, onder andere klachten die werden bezorgd aan het kabinet van de minister van Media. De Vlaamse ombudsman onderzocht slechts enkele tweedelijnsklachten, wat wijst op een goede eerstelijnsaanpak. Het no-replybeleid van de VRT-klantendienst werd aangekaart bij de Vlaamse Ombudsdienst. Dat hield in dat mensen niet konden antwoorden op een e-mail zonder zich opnieuw aan te melden. De klantendienst heeft daar met de implementatie van een nieuw registratiesysteem rekening mee gehouden: klanten kunnen nu gewoon antwoorden op een e-mail zonder zich opnieuw aan te melden.

Op 24 april stelde de VRT-nieuws- dienst een nieuwsombudsman aan. Hij kreeg bijna 1.300 reacties van het publiek, daarvan gingen er 935 over ongenoegen over journalistieke keuzes, 72 over taalfouten en 280 betroffen diverse vragen, suggesties en felicitaties. De onderwerpen die reacties opriepen waren divers. Meestal ging het over één persoon die reageert op één onderwerp. De meeste reacties hadden wel betrekking op de website van VRT NWS. Onnauwkeurigheden en (veronderstelde) partijdigheden leverden de meeste wrevel op. Bij partijdigheid ging het het vaakst over het buitenland, bij nauwkeurigheid ging het over Vrtnws.be. De nieuwsombudsman stelde zijn conclusies voor aan 116 VRT-journalisten via workshops.

Zowel in het binnen- als in het buitenland heeft de VRT prijzen en nominaties ontvangen. Een overzicht is als bijlage 13 opgenomen.

Onpartijdigheid

In 2017 bleef onpartijdigheid een belangrijk onderwerp. Er werden 31,0% klachten over partijdigheid gerapporteerd, waarvan 22% gegrond werd verklaard. Twee keer was er een screening waarin de variatie aan praatgasten in radio- en tv- duidingsprogramma’s van VRT NWS onder de loep genomen werd. Ook de schrijvers van opiniestukken op Vrtnws.be werden in kaart gebracht. De resultaten werden overgemaakt aan de hoofdredactie.

In april 2017 werd de ombudsman van VRT NWS aangesteld. Vanuit zijn functie waakt hij ook over de onpartijdigheid van de nieuwsdienst. De 10 richtlijnen voor onpartijdigheid vormden een vast onderdeel in de opleidingen deontologie en beroepsethiek. Ook in de Gedragscode voor het online informatie- en duidingsaanbod van de publieke omroep werd er duidelijk verwezen naar het belang van onpartijdigheid en naar de 10 richtlijnen.

Beroepsethiek

Het beroepsethisch kader, de opleiding en bewustwording rond ethiek, de adviezen en de klachten met betrekking tot de programma’s van de VRT nieuwsdienst, zijn reeds eerder in dit document besproken.

Voor wat betreft de andere programma’s zijn er aangepaste richtijnen. Het Programmacharter bevat de deontologische richtlijnen voor alle programma’s die niet geproduceerd worden door VRT Nieuws. Het Programmacharter en de manager beroepsethiek spelen beiden een rol binnen het beroepsethisch kader van de openbare omroep.

Kader

De deontologische richtlijnen voor alle programma’s die niet geproduceerd worden door VRT NWS liggen vast in het Programmacharter. Het charter bundelt de verantwoordelijkheden en plichten van de medewer- kers en hun rechten en waarborgen inzake redactionele vrijheid. De programmacharterraad, die waakt over het beroepsethisch kader en de toepassing ervan, is samengesteld uit 19 vertegenwoordigers van de VRT-mediamakers. De raad stelt aanpassingen of aanvullingen aan het programmacharter voor, bediscussieert beroepsethische kwesties en is het klankbord en het controleorgaan voor de manager beroepsethiek. De programmacharterraad vergaderde in 2017 tien keer. De raad deed twee formele uitspraken: een over het engagement van de VRT-netten voor de actie Dagen zonder vlees en een over native advertising (reclame in print of online die qua vorm gelijkaardig is aan een artikel dat via een redactie aangeboden wordt).

De manager beroepsethiek heeft een dagelijkse adviserende en coördinerende rol met betrekking tot de beroepsethische regels voor alle niet-nieuwsdienstprogramma’s en onlinediensten. Zij rapporteert maandelijks aan het directiecollege en aan de programmacharterraad.

In 2017 kwamen 250 vragen om advies binnen. Drie kwart daarvan kwam op vraag van de programmamakers zelf. In een op de vijf gevallen vroeg men advies bij het formuleren van een ant- woord op een beroepsethische klacht van een betrokkene of een mediage- bruiker.

Enkele programma’s, diensten en thema’s vereisten extra aandacht en begeleiding: de berichten op sociale media door stemmen en gezichten, de humor en satire op de sociale media van VRT-netten, de voorbereiding van een programma over transgenders (M/V/X (Eén), uitgezonden in het voorjaar van 2018), Kinderen van de collaboratie (Canvas, een programma met getuigenissen van kinderen van collaborateurs) en De dokter Bea show (Ketnet, over seksualiteit en relaties). Er kwam intern en extern overleg tot stand over het thema suïcidepreventie en ctie, waarin de beroepsethische werking een prominente rol speelde.

Het directiecollege en de directie Media & Productie kregen elke maand van de manager beroepsethiek een overzicht en een mondelinge toelichting over de belangrijkste beroepsethische kwesties en adviezen.

Opleiding en bewustwording

73 medewerkers kregen een workshop beroepsethiek, op maat van hun net, programma of project.

Er kwamen telkens onderwerpen uit de integriteitscode ter sprake. Op de welkomdag voor nieuwe medewerkers stond integriteit en beroepsethiek op de agenda.

Op vraag van het Vlaams Huis voor de Verkeersveiligheid en het Vias Institute werden programma- makers gesensibiliseerd over het belang van veilig rijgedrag in tv- programma’s, beeldvorming en voorbeeldgedrag.

In 2017 lanceerde de afdeling beroepsethiek de app VRT Ethiek, waarin elke medewerker het programma- charter en de integriteitscode kan raadplegen. Een interne campagne promootte de dienstverlening vande cel beroepsethiek.

Tegelijk werkte de manager beroepsethiek aan beroepsethische fiches per genre, zoals een leidraad voor consumentenprogramma’s, reportageprogramma’s, talkshows, enzovoort.

Klachten en beroepsethiek

De klachtencoördinator, de voorzitter van de programmacharterraad, het hoofd van de juridische dienst en de manager beroepsethiek zaten volgens de VRT regelmatig samen om de beroepsethische klachten van mediagebruikers te bespreken en de antwoorden te evalueren die de programmamakers voorstelden.

Iedereen die een klacht indiende, kreeg een antwoord. De handelswijze en de beslissingen van de programmamakers kregen telkens een verklaring en een verantwoording. Als bleek dat er fouten waren gemaakt door de VRT of haar medewerkers, dan werden die toegegeven en volgden er verontschuldigingen.

In het kader van de beroepsethiek is deredactionele autonomie tenslotte een belangrijk principe.De redacties van de VRT werken in alle onafhankelijkheid en autonoom. Ook de externe productiehuizen die een productie maken voor de VRT moeten redactioneel autonoom handelen. De VRT draagt steeds de eindverantwoordelijkheid over de programmering van de netten. Financieringsbronnen (eigen middelen of middelen van commerciële of institutionele partners) spelen daarbij geen rol. Product placement of institutionele financiering moet ook goedgekeurd worden door de VRT.

De autonomie van de redacties is opgenomen in Het Programmacharter en het beleidskader voor institutionele financiering van televisieprogramma’s.

Integriteit

De VRT neemt voortdurend initiatieven om haar geloofwaardigheid en betrouwbaarheid als openbare omroep te vrijwaren (bijvoorbeeld met een uitgebreid deontologisch kader).

Om die reden wil de VRT ook dat haar medewerkers op een ethisch verantwoorde wijze werken, voor en achter de schermen. Dat heeft betrekking op hoe ethisch zij onder elkaar handelen, maar ook als zakenpartners, onderhandelaars en als personen die gebruik maken van VRT-middelen. Van elke medewerker wordt verwacht dat hij integer functioneert. De ethische leidraad, de integriteitscode, is van toepassing op alle personeelsleden. Het integriteitsbeleid werd in 2017 op verschillende vlakken doorgezet, zoals:

  • Tijdens de workshops beroepsethiek kwamen telkens onderwerpen uit de integriteitscode ter sprake.
  • Op de welkomdag voor nieuwe medewerkers stond integriteit en beroepsethiek op de agenda.
  • In de app VRT Ethiek kan elke medewerker de integriteitscode raadplegen.

De performantiemaatstaf blijkt hiermee behaald te zijn.

 

4.3.2. De VRT ontwikkelt een overkoepelend digitaal contentplatform onder het koepelmerk 'VRT'

De VRT stelt dat ze een brede en gediversifieerde portfolio van merken aanbiedt, elk met een eigen specifieke opdracht en aanbod. De merkenportfolio van de VRT bevat aanbodsmerken, submerken en dienstverlenende merken.

  • De aanbodsmerken van VRT zijn Eén, Canvas, Ketnet, Radio 1, Radio 2, Klara, Studio Brussel, MNM, VRT Nieuws en Sporza. Deze aanbodsmerken hebben een eigen missie, al dan niet gericht op een bepaalde doelgroep of een specifiek publiek domein.
  • Onder submerken vallen de programmamerken zoals Dagelijkse kost, themamerken zoals De warmste week en gezichten zoals Rudi Vranckx. Deze submerken dragen impliciet bij aan de realisatie van de publieke opdracht inzake informatie, cultuur, educatie, ontspanning en sport.
  • De dienstverlenende merken zijn merken met een servicegericht karakter met betrekking tot de mediaconsumptie zoals het videoplatform VRT NU.

De diverse aanbodsmerken van de VRT vervulden in 2017 op complementaire manier de publieke opdracht van de openbare omroep, met bijzondere aandacht voor informatie, cultuur en educatie. Ze werkten aan verschillende uitdagingen, zoals de verdere digitalisering van het aanbod, het beter bereiken van jongeren en het streven naar kwaliteit en diversiteit in het aanbod.

Het overkoepelende merk VRT fungeerde als een kwaliteitslabel dat werd ingezet om het onderscheidend karakter van het aanbod en de activiteiten van de publieke omroep te onderstrepen. Dat gebeurde bijvoorbeeld door het koepelmerk meer naar voren te schuiven in de communicatie met het publiek en in het digitale aanbod. Zo werd de merknaam VRT gebruikt in de nieuwe website VRTNieuws.be en het online-platform VRT NU. Eerder werd in 2016 een nieuwe versie van de VRT-bedrijfswebsite vrt.be ontwikkeld.

Daarnaast werd een strategische oefening uitgevoerd waarbij werd nagegaan op welke wijze VRT op een efficiënte manier haar content kan aanbieden, gebruik makend van overkoepelende platformen. Daarin werd onderzocht of en hoe online content beschikbaar kan gemaakt worden met een gezamenlijk productie- en publicatieplatform waarbij de websites van de radio- en tv-merken functioneel dichter zullen aansluiten bij respectievelijk Radioplus en VRT NU. Ook vrtnieuws.be en sporza.be zullen op het gemeenschappelijke platform worden ondergebracht.

De VRT stelt dat in de huidige omgeving het creëren van een extra bijkomende overkoepelende site naast de reeds bestaande sites niet aangewezen is. Om van hieruit de mediagebruiker op een eenvoudige en transparante wijze in contact te laten komen de VRT-content is het eerder aangewezen om voor de bestaande platformen in te zetten op het crosslinken tussen de merken.

De performantiemaatstaf dient tegen 2018 behaald te worden.